De nachtelijke reis

Allh swt schonk de Profeet (saw) door deze reis wat Hij aan niemand anders had gegeven. Mohammed (saw) ging verder dan de hemelen, verder dan het universum, om plaatsen te bereiken waar geen mens vóór hem mocht komen. Sterker nog, hij ging waar zelfs de engel Gabriël nog nooit was geweest, om zichzelf te vinden "op ten minste twee bogen afstand" van zijn Heer (Koran: 53, 9). De Profeet (saw) stak één voor één de hemel over en ontmoette daar de andere Profeten. Naast de ruimtelijke betekenis, heeft deze episode een primordiale spirituele betekenis: als de Boodschapper van God (saw) in staat was om voortdurend van hemel naar hemel te stijgen en telkens de Profeten te ontmoeten die in die hemelen verbleven, dan beklom hij voortdurend de hemelen en overtrof hij hun bewoners, zowel fysiek als spiritueel. Uiteindelijk bereikte hij de Lotus van de Limiet, waar geen engel of Profeet ooit voet aan wal had gezet vóór hem.